Er wordt veel gediscussieerd over het vergroten van de productie van duurzame energie. Zo
is er ook een grote behoefte aan meer groen gas/biogas, dat nu al met 7,5 % een
substantiële bijdrage levert aan de duurzame energieproductie. Bovendien is groen gas
leverancier van duurzame moleculen die onmisbaar zijn in onze toekomstige energiemix, die
niet uit zon en wind gehaald kunnen worden. Die produceren tenslotte alleen elektronen.
Als we als maatschappij de duurzaamheidsambities serieus nemen, verdiend groen gas
daarin een nadrukkelijke rol en moeten we nu echt werk maken van het ondersteunen van
de ondernemers die “het in de markt moeten doen”!! Te veel nemen we de vlucht naar
voren en zoeken we de oplossing in nog niet uitontwikkelde technieken zoals vergassing en
waterstof. Er moet meer focus komen op dat wat binnen handbereik ligt.

Het is daarom vreemd te constateren dat de huidige markt eerder weggeschoven wordt in
plaats van gestimuleerd. Het overgrote deel van de groen gas/biogas productie in Nederland
komt van ondernemers die een co-vergistingsinstallatie exploiteren. Deze ondernemers zijn
dagelijks bezig, vanuit hun gedrevenheid als ondernemer om een duurzaam energieproduct
te produceren dat een bijdrage levert aan het realiseren van onze maatschappelijke
ambities.

De biogasmarkt is nog steeds in ontwikkeling, maar het is wel een bewezen technologie die
voorhanden is en op vele locaties in Nederland reeds wordt toegepast. En ja, niet alles loopt
zoals gewenst en er zijn incidenten. De vraag is echter of het daarom slim is om afscheid te
nemen van de sector. Iets dat eigenlijk ingezet is door co-vergisting als categorie uit de SDE+
regeling te halen. Naar onze mening geeft de overheid hier een verkeerd signaal af en zou er
voor een andere aanpak gekozen moeten worden.

Als de maatschappij meer duurzame energie wil en daarbij het adagium is “de markt moet
het doen” dan moet je de markt ook faciliteren en niet aan haar lot over laten en klagen dat
het niet goed gaat. Duidelijk is dat het produceren van duurzame energie nog steeds niet
zonder subsidie kan. En het toekennen van subsidie maakt dat er strenge controle door de
overheid vereist is. Echter het stopt niet bij alleen maar controleren. Overheid en
bedrijfsleven hebben een gezamenlijke verantwoordelijkheid. Samen staan ze aan de lat om
de gezamenlijke ambitie waar te maken en dat vraagt om goede samenwerking. En juist op
dit punt gaat het niet goed.

Het ontwikkelen van een nieuwe duurzame energiemarkt gaat niet van zelf. Dat hebben we
ook kunnen zien bij de ontwikkeling van wind op zee. Daar was aanvankelijk ook het idee dat
“de markt het moest doen”, maar het bleek te ingewikkeld en de overheid heeft daarom het

voortraject van de ontwikkeling naar zich toe getrokken. Ze hebben de ruimtelijke
vraagstukken, vergunningen en stroomkabel van zee naar land geregeld en toen een tender
uitgezet waarop de markt kon inschrijven. In feite heeft groen gas op land een vergelijkbare
problematiek. We moeten constateren dat de gekozen aanpak niet werkt. Nu moet een
ondernemer geheel voor eigen risico het voortraject ontwikkelen en de kosten daarvoor
dragen. Als alles vergund is, kan de ondernemer een aanvraag indienen voor de SDE+
subsidie. Omdat die uitgaat van een techniek neutraliteit en kosten efficiëntie, is het maar
zeer de vraag of SDE+ wordt toegekend. We constateren dat vanwege te hoge aanloop
risico’s het aantal nieuwe initiatieven opdroogt. En als het toch gelukt is om een SDE+ te
verkrijgen en de exploitatie wordt opgestart krijgt de ondernemer te maken met een
veelvoud van controlerend instanties die allemaal vanuit hun eigen verantwoordelijkheid
kijken naar de exploitatie van een biogas installatie. Met als gevolg dat regels op diverse
manieren worden geïnterpreteerd. Voor ondernemers is het nagenoeg een onmogelijke
opgave om aan deze verschillende geïnterpreteerde en soms conflicterende regelgeving
exact te voldoen.

In feite heeft biogas op land een vergelijkbare “stroomkabel” als wind op zee. Daarom is een
andere aanpak nodig. Bedenk daarbij dat de huidige ondernemers in de sector degene zijn
die op kortere termijn groei in de productie kunnen realiseren. Vanuit bestaande installaties
is nog voldoende perspectief om door te ontwikkelen. Volledige nieuwe initiatieven van de
grond trekken vergt, gezien de maatschappelijke weerstand, veel langere ontwikkeltijden.
Ook is het niet duurzaam bestaande installaties in de kou te laten staan, iets dat gebeurt als
er geen SDE+ verlengde levensduurregeling voor co-vergisting komt. Slecht voor de
ondernemer, maar zeker ook voor de maatschappij, want in feite hebben beide hierin veel
geld gestoken. Daarnaast is grote behoefte aan transitiebeleid om te komen van een
subsidie gedreven systeem naar marktwerking. En dat kan de markt niet alleen.

Om de gewenste productiegroei te realiseren en een professionaliseringslag te maken zal de
overheid de sector meer moeten helpen. Er is behoefte aan een (onafhankelijke) autoriteit
die vanuit kennis en ervaring zowel de ondernemers als ook de diverse overheidsinstanties
kan faciliteren en verbinden. Faciliteren in het beter exploiteren van installaties en
verbinden in het beter op elkaar afstemmen van regelgeving.

Daarom de oproep, omarm de huidige ondernemers, want deze zijn in staat om verdere
groei in de groen gas/biogas productie te realiseren. Help de sector te professionaliseren en
te groeien via innovatie in techniek, maar vooral door te innoveren in samenwerking en
organisatie. Dit vraag om een extra investering, maar als eerste voor een echt strategische
keuze. Verbinden en versterken dat is wat nodig is.

 

Biogas Branche Organisatie

Erik Brouwer, vicevoorzitter
Ton Voncken, woordvoerder/adviseur